Gemiddeld
50 min
6
6 wafels
6 sneden gerookte zalm
6 eieren
180 g ongezouten boter
3 eigelen
2 x 1 el wittewijnazijn
3 c. à s. water
dille
zout en peper
Maak de saus.
Klop in de kom van een bain-marie, weg van het vuur, het water, 1 el witte azijn en de eigelen. Plaats de kom boven ziedend water en klop tot de textuur dik en schuimig wordt. Kook het mengsel niet te hard om te vermijden dat de eigelen gaan stollen.
Neem de kom uit de bain-marie en voeg, weg van het vuur, onder voortdurend kloppen in een straaltje de gesmolten boter toe. Kruid met peper en zout.
Dek het oppervlak van de saus af met plastic folie en hou warm.
Bak de wafels. Olie het wafelijzer in en laat het opwarmen. Giet er een lepel beslag in en sluit het toestel ongeveer 5 minuten. Herhaal de handeling tot het beslag op is. Hou warm.
Maak de gepocheerde eieren.
Doe 1 el witte azijn in een pot gezouten ziedend water. Breek de eieren in kleine schaaltjes en laat ze één na één in het water glijden. Kook maximum 4 eieren tegelijk. Laat 3 tot 4 minuten pocheren. Neem de eieren voorzichtig uit het water met een schuimspaan en laat ze uitlekken op een bord met absorberend papier. Kook de overige eieren.
Schik de wafels op borden. Garneer ze met een sneetje gerookte zalm en een gepocheerd ei. Eindig met de saus. Decoreer met enkele pluimpjes dille en dien meteen op.
