Gemakkelijk
15 min
4
500 g grote mosselen
3 teentjes look, geperst
1 el platte peterselie, fijngehakt
60 g zalfzachte boter
Fijngeraspte zeste en sap van 1/2 citroen
50 g paneermeel
Peper van de molen en zout
4 partjes citroen
Platte peterselie
Doe de mosselen in een grote pot en dek af.
Verwarm op een hoog vuur en schud af en toe op. Neem van het vuur zodra de schelpen beginnen open te gaan.
Giet de mosselen af en laat ze afkoelen.
Préchauffez le gril du four à 240 °C.
Meng met een vork de boter, de look, de fijngehakte peterselie, het paneermeel, de citroenzeste en het citroensap tot je een homogene massa bekomt. Kruid met peper en zout.
Verwijder de bovenste schelp van de mosselen.
Doe op elke mossel een halve koffielepel van de bereiding.
Leg de mosselen met de garnituur naar boven in een grote ovenschaal.
Plaats ongeveer 3-4 in het bovenste gedeelte van de oven, tot de mosselen goudbruin kleuren.
Garneer met de partjes citroen en enkele blaadjes peterselie. Serveer met geroosterd boerenbrood.